Dikke onvoldoende voor binnenklimaat scholen
Het is snikheet of veel te koud, te donker of de zon verblindt. Een kwart van de schoolleiders geeft een ruime onvoldoende voor het binnenklimaat in hun klaslokalen. Dat blijkt uit onderzoek van Het Centrum voor Gezonde Scholen naar schoolgebouwen in België, Nederland en Luxemburg.
In 70 procent van de scholen is de temperatuur in de zomers te hoog, in 40 procent in de winter te koud. Eén op de drie scholen klaagt over tocht en vochtplekken. Van de duizend bevraagde scholen klaagt 43 procent over slechte ventilatie – er heerst een muffe en onaangename lucht in de klaslokalen.
In één op de vijf scholen is de akoestiek slecht en is er naast de nagalm voortdurend geluidshinder van de klassen ernaast. Ook het licht laat te wensen over. In twintig procent van de scholen is het in de lokalen te donker. Daar tegenover staat dat in één derde van de scholen geklaagd wordt over de verblindende zon.
Slecht voor de gezondheid
Het Centrum voor Gezonde Scholen werd vier jaar geleden gelanceerd om de schrijnende toestand in schoolgebouwen in de Benelux onder de aandacht te brengen. Deze zogeheten Gezonde Scholen-studie bevat de eerste bevindingen na een groot onderzoek. De luchtkwaliteit in een gemiddeld schoolgebouw is vele malen slechter dan op kantoor of zelfs in de gevangenis, zeggen de onderzoekers, die overigens geen grote verschillen zagen tussen de drie Benelux-landen.
Zij wijzen erop dat een slecht binnenmilieu negatieve effecten heeft op de gezondheid (hoofdpijn, vermoeidheid, sufheid, maar ook slijmvliesirritaties, rondwarende infectieziektes, verergerde allergieën, kans op extra astma-aanvallen) en dus ziekteverzuim (van leraren en scholieren) kan veroorzaken. Maar ook de leerprestaties van scholieren kunnen er onder lijden.
Scheiding van verantwoordelijkheden
De VO Raad, de sectororganisatie voor het voortgezet onderwijs, heeft berekend dat het gemiddelde Nederlandse schoolgebouw 38 jaar oud is en inderdaad niet meer voldoet aan de eisen van nu. Een belangrijke rol hierbij speelt dat gemeenten, zo stelt de VO Raad, verantwoordelijk zijn voor nieuwbouw maar scholen zelf voor het onderhoud.
“De scheiding van verantwoordelijkheden leidt vaak tot een ondoelmatige besteding van middelen. De prikkel om te investeren in schoolgebouwen ontbreekt vaak bij gemeenten: nieuwbouw is duur, terwijl het de school is die ‘profiteert’ door lagere exploitatie- en onderhoudskosten.” Daar komt volgens de raad bij dat gemeenten al jaren vele tientallen miljoenen euro per jaar minder uitgeven aan onderwijshuisvesting dan ze hiervoor ontvangen via het gemeentefonds.
Forse investering
Het Centrum voor Gezonde Scholen pleit ook voor een forse investering door de overheid. Problemen op het vlak van het binnenklimaat vragen volgens de onderzoekers om structurele oplossingen. Door ontoereikend budget voor onderwijshuisvesting is daar nu geen sprake van: “Elke investering – die tegelijkertijd een financiële aderlating is – is oplapwerk aan gebouwen die eigenlijk hebben afgedaan.”
Het in Antwerpen gevestigde expertisecentrum startte deze week een vervolgstudie: De Gezonde Scholen Barometer. Die moet ervoor zorgen dat een goede leer- en leefomgeving bij nieuwbouw of renovatie van scholen onder de aandacht blijft van schoolbesturen, beleidsbepalers en architec